Buurse 80 jaar geleden geëlektrificeerd
“Slechts zij kunnen het nut en het genot van de elektrische stroom ten volle waarderen, die er na geruime tijd ten volle van hebben genoten, plotseling van verstoken worden,” aldus burgemeester jhr. H.J.W.J von Heyden, bij de in gebruik name van het elektrische net.
Op vrijdag 17 augustus 1934 ging een lang gekoesterde wens in vervulling.
Het elektrische net werd officieel door burgemeester jhr. H.J.W.J. von Heyden in gebruik gesteld. Daarbij aanwezig waren de Buurser lichtcommissie, het actiecomité, genodigden en vele belangstellenden. Het heugelijke feit voltrok zich bij het transformatorhuisje. Om aan
de feeststemming uiting te geven, speelde Crescendo een pittige mars.
Pastoor van den Berg noemde de elektrische stroom een ommekeer in het huiselijke leven, het bedrijfsleven en zoveel andere dingen meer.
In zijn toespraak schetste hij de geschiedenis die aan de gedenkwaardige gebeurtenis vooraf ging. “Reeds in 1929 werd onder leiding van de heer Beekman getracht stroom uit Duitsland te betrekken. Pogingen in die richting mislukten. De plannen kregen een vastere vorm toen pastoor van de Heide, de voorganger van pastoor van den Berg, de leiding nam.
Er werd zelfs een conferentie gehouden met de commissaris van de koningin.
In die dagen bestond er een meningsverschil tussen de IJssel Centrale en het Twentsch Centraal Station. Dit was de oorzaak dat Buurse niet gelijk met de Broekheurne geëlektrificeerd kon worden. Bovendien moest rekening worden gehouden met de firma Bouwhuis, die in Haaksbergen het recht had van stroomlevering.
In 1932 werd dat bedrijf door de gemeente overgenomen. In Buurse ging de hoop uit naar het gemeentebestuur. Het gemeentelijk energiebedrijf breidde zich langzaam uit. Niet alleen aan Haaksbergen werd aandacht geschonken. De blikken richtten zich ook naar de buurtschappen. Het was Buurse die volgens de raad het eerst voor elektrificatie in aanmerking kwam. Van de lichtcommissie hadden ze vernomen dat er belangstelling genoeg was.
Een begroting werd opgemaakt. Het geraamde bedrag zou stellig te hoog zijn geweest wanneer de gemeente niet had bepaald, dat de 7½ kilometer lange kabel buiten de rekening zou vallen. Toen echter was het garantiebedrag spoedig voltekend.”
Bij de ingebruikname van het net richtte pastoor van den Berg woorden van dank tot de burgemeester en het gemeentebestuur. “Zonder gemeentelijke medewerking was Buurse vandaag niet geëlektrificeerd.” In het bijzonder bedankte hij chef monteur
J. Brummelman en zijn staf van medewerkers. “Zij waren de dorpelingen ter wille zoveel ze konden”. Burgemeester von Heyden benadrukte in zijn toespraak: “Nu is het ogenblik aangebroken, waarvan de optimisten zeiden: “We hebben stroom in 1925…in 1928… maar zeker in 1930. De pessimisten klaagden: “We krijgen het nooit. Hoksebargen houdt ons aan het lijntje. Maar noch de optimisten noch de pessimisten krijgen gelijk. Thans wordt Buurse van elektriciteit voorzien. Het is voor de gemeente aangenaam geweest dit tot stand te kunnen brengen. Ik hoop dat de lichtcommissie nu niet denkt: “We hebben het net.” “Ik hoop, dat getracht wordt de afname van stroom zodanig te doen zijn, als van te voren te kennen is gegeven. Om dit doel te bereiken hoop ik dat heel wat elektrische strijkijzers, kachels, warmwaterkruiken en lampen worden aangeschaft.” Hij adviseerde de huisvaders de huismoeders te verrassen met doelmatige elektrische objecten voor huishoudelijk gebruik. Nadat hij allen die op een of andere manier een bijdrage hadden geleverd aan de totstandkoming van het net had bedankt, schakelde hij de stroom in met de woorden: “Hoe meer stroom, hoe meer vreugde. Het licht brandt, de petroleumlamp kan worden opgeruimd. Schakelaars en stopcontacten kunnen worden aangebracht. Buurse kan nu profiteren van de voordelen van elektrische stroom”.
Niet iedereen hoorde bij de gelukkigen. De familie Temmink aan de Witteveenweg werd in 1963 op het elektriciteitsnet aangesloten. De familie Schröer aan de Zendvelderweg op 27 december 1973. Om kosten te besparen werden de sleuven voor de kabels met behulp van de “noaberschop” en familieleden gegraven.